Lastige vragen uit het leven, deel 1: Waar denk je aan?

Juist het moment waarop hij gesteld wordt, kan dit een hele linke vraag maken. Ik heb het over: “Waar denk je aan?”

Bill Viola Je ligt al 5 minuten in bed, de lamp is uit en je hebt je overgegeven aan het slaaphormoon Adenosine. Al je cognitieve schermen zijn neer. Je staat naakt en weerloos voor de eenzaamheid van de nacht en het eindeloze heelal boven je hoofd. Niet gaan piekeren nu, je gedachten probeer je los te laten, de slaap lonkt… En dan, bam: je vriendin: “Waar denk je aan?”

Help! Je bent gelijk weer wakker. Want wat kun je zeggen? De waarheid? Onmogelijk. Je dacht niks, of aan van alles tegelijk. Oorlog en geweld. Akelige krantenberichten. Geen slaapmateriaal. Of je dacht aan hoe het leven was toen je nog single was en de kroegen waar je los ging. Of aan een vrijpartij met een oude liefde. Geen idee hoe je erop kwam. Een mens is niet verantwoordelijk voor zijn gedachten. Toch?

Het essentiële punt is, je wilt even geen gesprek en al helemaal geen discussie of iemand kwetsen. Je wilt slápen.
Begripvolle gedachte: wat zou ze überhaupt willen horen?

‘Jou in lingerie, schat.’? Zou kunnen, als je nog wil vrijen.
Of wil ze haar eigen gedachten afleiden en moet je vragen:
‘Niet veel, en jij? Kans op een heel lang gesprek waar je nu geen zin in hebt.
Of: ‘Hoe onze jongste reageerde op dat akkefietje met haar zus’. Geheid dat je het komende uur niet aan slaap toekomt.

(Overigens, wie was ook alweer die voetbaltrainer die aan z’n spelers bij een te nemen penalty de tip gaf om aan een pond suiker te denken?)

Dit alles schiet door je hoofd, er moet nu wel een snel en slaperig uitgesproken antwoord komen om dit gevaar te bezweren. Niet toevallig heb ik er een paar paraat na vele jaren relaties. Zaak is om iets te bedenken dat zij totaal oninteressant vindt, iets dat geen gesprek uitlokt maar dat jou ook niet als een hersenloze profileert. Komen ze.

Veilige antwoorden op de vraag: “Waar denk je aan?”

“O, iets met voetbal.”
“Eh, de kleur Blauw.”
“Wat Aristoteles schreef over slapen.”
“Ik zat te bidden.”
“Waar ik was in mijn boek.”
“Niet echt iets concreets. Sliep al half.”
“Een boswandeling.”
“Die video art van Bill Viola.”
“Dat ik zo lekker lig. Gaap.”

En nu maar hopen dat er geen vervolgvraag komt, want met vrouwen weet je het nooit. Ik zou zeggen: probeer ze eens. Aanvullingen zijn welkom.
Trouwens: is het eigenlijk geen onbetamelijk inhalige vraag: Waar denk je aan? We delen al alles, onze liefde, ons leven, onze kinderen, ons geld, onze zorgen, onze avonturen; moet ze dan mijn allerlaatste gedachten ook nog hebben? Mag een man dan helemaal niks voor mezelf houden? Lastig, lastig.

Ondertussen in huize Heerschop, navraag bij vriendin: “Doe niet zo moeilijk. Ik was gewoon benieuwd. Slaap lekker.”

Content creatie